Meteen naar de inhoud

Afscheid coördinator bezoekgroep

Corrie Vrij heeft afscheid genomen als coördinator van de bezoekgroep
Ze blijft echter nog actief als Vrijwilliger bij het Diakonaat.

Interview met Corrie Vrij door Joke Tummers 2015

nog nooit gezegd                                                       
dat ik blij was als ik hulp krijg,
maar nu ben ik zo blij.
Ik voel me weer meer mens. Ik kan weer een gesprek aangaan,
dank je Corrie!

Aardig toch, het hoeft natuurlijk niet, maar het is wel vreselijk aardig. Corrie bergt het papiertje waarop het geschreven werd weer zorgvuldig op in haar tas.
Ze werkte van 2015 (tot 2020) mee met de bezoekgroep van het Stadsdiakonaat en sprong meteen in het diepe. Naast  bezoekwerk, helpt ze coördineren. Voert intake gesprekken met vrijwilligers en klanten en assisteert bij het matchen van vrijwilliger en klant.
Vanuit haar vroegere werkkring heeft ze veel ervaring met het aansturen van mensen.Toch is het werken met  vrijwilligers weer een heel ander verhaal dan met werknemers, zegt ze. Vrijwillig, niet vrijblijvend, iedereen moet zich aan afspraken houden.

Een vrijwilliger moet het werk met plezier doen, in zijn ‘comfortzone’ zitten.
Dat is inderdaad heel belangrijk voor een vrijwilliger en het Stadsdiakonaat kan niet zonder heel goede vrijwilligers. Dat ziet Corrie goed en ze pakt het professioneel aan, geweldig. Fijn dat ze tot 2020 met ons meewerkte!

Drukke loopbaan
Corrie heeft een wervelende heel drukke loopbaan achter de rug.
Ze werd geboren op Oostvoorne, de jongste van een gezin met 7 kinderen, 3 jongens en 4 meisjes. Ze trouwde en het paar ging in Den Briel wonen, waar Corrie als kapster ging werken. Na verloop van tijd kreeg de partner van Corrie een baan bij de politie in Den Haag. Corrie ging werken bij een groot modeconcern. Dat heeft ze 33 jaar volgehouden. Die 33 jaar zijn omgevlogen! Als ik nu mijn ogen zou sluiten heb ik een goed leven gehad zegt Corrie.

De pre-vut
Toen de mogelijk zich voordeed om met de pre-vut te gaan heb ik dat gedaan.
We kochten een camper, de wereld lag voor ons open.
Maar het liep anders, Corrie’s partner werd ziek, overleed.
Teruggaan naar haar oude werkkring kon, maar was voor Corrie geen optie.

Ze had veel hobby’s, yoga, gymnastiek, wandelen, fietsen, lezen etc., ze hoefde zich niet te vervelen. Al snel stelde ze zich de vraag: ‘wat kan ik voor een ander betekenen?’Omzien naar anderen, dat had voor haar niets te maken  met geloof, niet met jong of oud, niet met autochtoon of allochtoon. Het is voor haar gewoon: hoe kan ik er zijn voor de medemens, voor iedereen.

Ze nam de organisatie over van een wandelclub voor partners van dementerenden. Toen viel via internet haar oog op het Stadsdiakonaat.

Waarom Stadsdiakonaat
Ik vond het een open laagdrempelige organisatie, eigenlijk wel en ook weer geen organisatie, alles vrijwillig, niets vrijblijvend. Dat sprak me aan, alles hoeft voor mij niet zo geregeld te zijn, een beetje  improviseren vind ik prima. Als een match niet klikt, geen oordeel, gewoon iets anders proberen. De klanten maar ook de vrijwilligers bij het Stadsdiakonaat, zijn heel verschillende mensen. Soms komen we bij klanten waar niemand komt, ze zijn heel erg alleen maar voelen zich helemaal niet eenzaam.  Andere mensen voelen zich heel eenzaam, terwijl er veel mensen over de vloer komen. Die doen allemaal nuttige dingen, maar hebben dan geen tijd hebben voor een gesprek. Ik merk dat er vaak dingen aan het Stadsdiakonaat worden gevraagd die andere partijen laten liggen.
Ook de vrijwilligers die meewerken, zijn heel verschillend, van alle leeftijden, mannen, vrouwen,  allochtonen maar ook heel veel autochtonen, studerend, met of zonder werkkring. Dat vond ik leuk, zoveel diversiteit. Het belangrijkste is misschien wel dat door al die contacten ik me realiseer hoe goed ik het zelf heb.

Vragen is moeilijk
Ik kom veel oude mensen tegen die zeggen: ik heb kinderen, maar die hebben het druk. Dan vraag ik me af: zouden ze het ook werkelijk vragen aan de kinderen. Als je de kinderen spreekt dan blijkt vaak dat ze helemaal niet zo beseften dat vader of moeder hulp nodig had, niemand had het ze gevraagd.

Zelf merk ik het ook, vragen is moeilijk. Ik ga regelmatig met een goede kennis uit rijden. Ik weet dat hij zich niet meer zo lekker achter het stuur voelt. Ik zeg dan maar: laat mij maar rijden, ik weet de weg. Zelf vragen aan mij of ik wil rijden, dat zal  hij nooit doen, hulp vragen is moeilijk.

Grenzen zijn belangrijk

Je eigen grenzen bewaken vind ik erg belangrijk. Dat geldt voor alle vrijwilligers. Geen dingen doen die je eigenlijk niet wilt, niet veel langer blijven bij een bezoek dan je eigenlijk wil, alleen maar omdat iemand heel zielig is.
Grenzen zijn belangrijk, die moeten bewaakt worden, anders gaat het mis.

Natuurlijke aanleg
Corrie heeft een natuurlijke aanleg mensen te helpen, te coachen en te begeleiden. Met een grap zet ze iemand weer op het goede been.Ze zegt: het leven is niet maakbaar, maar we moeten eerlijker delen.

Weet je er zit aldoor een liedje door mijn hoofd:
Iedereen is van de wereld en de wereld is van iedereen!

Ze lacht, door dit werk word ik blij met wat ik zelf heb, het leert me relativeren!

Corrie is (was) een fijne collega                                                                  

Joke Tummers